Het ontwerp van het Stadshart was in eerste instantie gebaseerd op een rationele en technische opgave. Op maaiveld kwam de technische ruimte. Dit ligt onder het verhoogde maaiveld met een vrije hoogte van circa 4,5 meter. Hier bovenop ligt het comfortabele en representatieve deel van het Stadshart.

Deze benedenwereld noemen we het 'stad souterrain'. Het stad souterrain komt over als een opeenstapeling van openbare en privé parkeerterreinen met veel eigen ingangen, circuitjes, laad- en los zones, ondergrondse afvalcontainers, en losse parkeerplaatsen op maaiveld. Het kent veel onduidelijke randen en hekken, vluchtwegen, noodtrappen en vluchtheuvels. Er ontbreekt een goede ruimte voor de voetganger en fietser. Er is geen sociale interactie en controle en het voelt daardoor unheimisch en onveilig. Het stad souterrain is daarmee een van de barrières in het Stadshart geworden.

Door de verdichting van de binnenstad valt deze onderbenutte ruimte in het Stadshart extra op. De opgave van het stad souterrain zit allereerst in de randen en ingangen. De overgangen moeten veel meer onderdeel vormen van de aanliggende of overhangende gesloten bouwblokken. Daardoor wordt het hoogteverschil opgevangen in de bebouwing en binnengebieden van de bouwblokken. Daarnaast kan het efficiënter ingericht worden door bijvoorbeeld samenvoeging van parkeervoorzieningen waardoor er minder (ruimte vragende) toegangen komen. Ook zal gekeken moeten worden of het bestaande (auto) circuit de meest heldere is. Dit zal integraal met de laad- en loszones, afvalstraten, stijgpunten en vluchtroutes worden uitgewerkt.

Het is erg belangrijk dat er door het stad souterrain een duidelijke, comfortabele veilige fiets-voetganger verbinding komt. De meest comfortabele en veilige route is tussen de ingang bij het Stadshart aan de Luxemburglaan en de ingang aan de Amsterdamstraat. Dit wordt een onderdeel van de lange fiets/voetroute vanaf Buytenwegh-De Leyens richting de Dorpsstraat. Daarnaast wordt onderzocht welke nieuwe functionele invullingen een plek kunnen krijgen in het stad souterrain. Gedacht wordt bijvoorbeeld aan goede en georganiseerde hangplekken voor jeugd zoals een skatebaan of een pannakooi.

Bouwstenen

Als basis voor alle nieuwbouw, veranderingen en hergebruik van bestaande gebouwen zijn 8 ruimtelijke-programmatische bouwstenen beschreven. Deze bouwstenen hebben als doel een ruimtelijk en programmatisch kader te geven. Door het gebruik van deze bouwstenen wordt de kwaliteit bewaakt en raken de nieuwe ontwikkelingen vastgemaakt in hun omgeving. De bouwstenen zijn altijd te gebruiken maar per deelgebied of project kunnen punten van aandacht anders liggen.

  1. Niet van toepassing.
  2. Niet van toepassing.
  3. Niet van toepassing.
  4. Niet van toepassing.
  5. Mogelijkheden tot het slim inrichten van de openbare ruimte, verheldering van het circuit en aangelegen ruimtes en een goede, heldere en comfortabele langzaam verkeer route (Noord-Zuid).
  6. Ruimte voor water, als verbinding/onderdeel van robuuste waterloop.
  7. Niet van toepassing.
  8. Klimaatadaptie samenvoegen in ontwikkelingen, en energietransitie bevorderen en faciliteren.

Kijk voor meer informatie over de deelgebieden in de Visie Binnenstad 2040(externe link).